“Mam, je hebt nog niet gezegd ‘Ik hou van je!’”, roept Finn naar beneden. “Ik hou van je!” roep ik terug. “Ik hoor je niet!” roept hij weer. Dus ik, nu nog harder: “IK HOU VAN JE!” “Ja, maar ik zei het twee keer!” pruttelt hij. “Ik hou van je, ik hou van je!”, schreeuw ik. Finn: “Ja, maar zo kan ik je niet zien.” Please… *strompelt de trap weer op
Eersteklas dwangneuroten
Mijn kinderen zijn echt eersteklas dwangneuroten. Met allemaal van die neurotische rituelen waarvan je denkt; ‘Waarom zijn we hier ooit mee begonnen?! En belangrijker nog, hoe komen we er ooit nog vanaf? Ons slaapritueel alleen al! Sterren zwaaien – nachtlampje aandoen (HIJ! Niet ik, anders moet het opnieuw) – slaapliedje – nep kus (Zo’n lekkere natte wind tegen je wang zeg maar) – echte kus (Op de andere wang!!) – high five – dekens aan de zijkanten instoppen – muziekmobieltje aan – “Slaap lekker Charlie! Nee, ik ga niet weg. Papa ook niet. Nee, ik ook echt niet. ECHT NIET! Slaap lekker!”. En bij Finn moet zijn slaapkamerdeur weer zover open staan dat de klink de muur raakt en zijn beer moet op DE speciale plek in bed liggen. Op school geeft hij ALTIJD eerst de juf een hand en daarna krijg ik een kus, een knuffel en een aai over mijn hoofd. In die volgorde ook! Charlie drinkt zijn melk alleen uit de blauwe beker, Finn eet alleen met zijn politielepel, Charlie wil altijd het muntje in het boodschappenkarretje stoppen, Finn rolt altijd zijn sokken op als hij ze aan heeft, en komt er bij het tandenpoetsen één druppel water op het shirt van Charlie dan wil hij persé een andere aan. En dan zijn dit alleen nog maar de dingen die me nu even te binnen schieten. Volg je me nog?
‘Lees ook: 10 tips hoe je de peuterpuberteit overleeft.’
Waarom ik in dat neurotisch gedrag mee ga?
Nou, dat vraag ik mezelf ook wel eens af! Maar in de praktijk heb ik geleerd dat ik kan rekenen op grote, meeslepende drama’s als ik van het bekende pad afwijk. Getouwtrek aan DE blauwe beker melk, waarbij de melk natuurlijk over tafel vliegt, een kleuter die je huilend achterna rent door de gang van school omdat hij je nog geen aai heeft gegeven of een peuter die de complete inhoud van zijn ledikant – inclusief matras – over de reling kiepert, schreeuwt en stampt omdat we een high five zijn vergeten. En ik wil dat patroon best doorbreken, maar die drama’s komen altijd nét op het verkeerde moment. Als je te laat op school dreigt te komen of aan het werk moet. En dan is het effectiever om een tweede blauwe beker melk in te schenken of nog één keer de trap op te lopen, voordat je met twee wakkere aapjes moet dealen. En dus draai ik iedere dag weer hetzelfde, vaste programma af en ga ik in de poppenkast mee.
Hoe kom je er vanaf?
Dat neurotische gedrag komt natuurlijk niet zomaar uit de lucht vallen. Al vanaf baby af aan kregen mijn kinderen ‘rust, ritme en regelmaat‘ met de paplepel ingegoten. En er kwam een strikt bedritueel, omdat het van die slechte slapers waren. Allemaal houvast om ze een veilig en rustgevend gevoel te geven in deze grote, soms overweldigende wereld. En dan kun je die structuur natuurlijk niet in één keer om zeep helpen. Maar vermoeiend is het soms wel, om alles altijd op dezelfde manier te ‘moeten’ doen. Een bevriende kinderpsycholoog vertelde mij dat de hang van kinderen naar orde en structuur in de loop van de ontwikkeling vanzelf minder wordt. En dus blijf ik hun wensen voorlopig maar volgen. Behalve als bepaalde rituelen echt te gek worden of voor mij te veel tijd vergen. Ze moeten toch ook leren dat het niet altijd gaat zoals je had verwacht?
Ik vraag me af of jullie dit gedrag herkennen? En hoe ga je hiermee om? Ik ben benieuwd naar jullie mening!
Laat een antwoord achter aan Maria Reactie annuleren